Soms is er een verrassende, en dus onverwachte, gebeurtenis
in Liberia. En blijken er toch meer Nederlanders op de een of andere manier
betrokken te zijn bij dit land dan
verwacht. Zoals de foto-expositie die vorige week in het National Museum werd
geopend van de Nederlander Paul
Julien (1901-2001). In het begin van de jaren ’30 reisde deze chemicus/antropoloog
langs de West-Afrikaanse evenaar om onderzoek te doen naar schedelmaten, bloedgroepen en pygmeeën. Zijn onderzoeken
liepen op weinig uit (en zijn opvattingen en methodes waren zeer discutabel),
maar over zijn belevenissen schreef de streng-katholieke Julien verschillende
boeken waarvan Kampvuren langs de evenaar
de bekendste, en meest verkochte is. Het werd in 1940 voor het eerst gedrukt, beleefde
vele herdrukken en is volgens collega-blogger Fred van der Kraaij
met 100.000 exemplaren het best verkochte Nederlandse boek over Afrika. Het is
gratis als PDF
te downloaden.
Paul Julien, die tijdens zijn tochten veel ontmoetingen
heeft en daar empatisch over schrijft, had een camera bij zich en in Kampvuren, dat antiquarisch nog volop
verkrijgbaar is, staat een aantal van die foto’s afgedrukt.
Het Nationaal Museum in Monrovia, gefotografeerd door Paul Julien |
Monrovia is van alle plaatsen aan de kust van West Afrika
- en er zijn er niet veel die ik niet ken - weliswaar niet de mooiste, maar
toch zeker de schilderachtigste. De ‘waterkant’, waar loodsen en kantoren en
een bijna onafzienbare rij van factorijen gevestigd zijn, is er misschien
vuiler en rommeliger dan elders aan de kust, maar de bovenstad, het
eigenlijke Monrovia, heeft onmiskenbaar een eigen charme. De stad bezit behalve
de Regeeringsgebouwen, die hoewel bescheiden van opzet en uitvoering, toch
interessant zijn, vele pittoreske door Americo-Liberianen bewoonde huizen,
die hoewel bijna allen zonder uitzondering vervallen, een eigen stijl hebben,
welke duidelijk herinnert aan die der oude kolonistenwoningen van het zuiden
der
Vereenigde Staten.
Fragment uit:
Kampvuren langs de evenaar
|
De Nederlandse Andrea Stultiens,
die zich beweegt op het snijvlak van fotografie, kunst en historisch onderzoek
met daarbij een grote betrokkenheid bij Afrika, kwam op het spoor van Julien en
zijn Liberiaanse avonturen. Zij spoorde zijn foto’s op en wist via Liberiaanse
contacten het Nationaal Museum te interesseren de Liberiaanse foto’s van Julien
te exposeren.
Andrea, die ons afgelopen zaterdag rondleidde langs de foto’s,
heeft in Liberia enkele plaatsen bezocht
in de voetsporen van Julien en daarbij soms verrassende ontmoetingen gehad. Zoals
met de nakomelingen van ‘koningin’ Suakoko, een in dit tijd beruchte krijgsvrouw
en stamhoofd, die leefde eind 19de, begin 20ste eeuw. Julien beschrijft een
ontmoeting met haar, Andrea bezoekt de plek recentelijk en maakt foto’s van nakomelingen,
die blij zijn met de hernieuwde aandacht voor hun betovergrootmoeder én met een
kopie van de foto die Julien maakte van kleinkinderen van de koningin. Het is
overigens de vraag of Julien wel de koningin zelf heeft gesproken, zo blijkt
uit het artikel
dat Andrea in de Daily Observer publiceerde.
Kleinkinderen van koningin Suakoko (foto: Paul Julien) |
Een ander verhaal wordt aan de hand van een foto in de expositie verteld: Julien
bezoekt een dorp in de bush, waarbij
het dorpshoofd hem voor een arts aanziet. Hij maakt dit aan zijn dorpelingen
bekend en spoort hen dwingend aan de volgende ochtend op het geïmproviseerde
spreekuur van Julien te verschijnen (tijdens zijn tochten verricht Julien
inderdaad wel eens eenvoudige medische ingrepen). Julien zit de volgende
ochtend klaar, maar niemand komt opdagen. De chief gaat het dorp in: alle
hutten zijn leeg. Iedereen is het oerwoud in gevlucht om het gratis consult te
ontlopen.
En daarmee wordt iets over verleden en heden van Liberia
gezegd, dat je ook als een thema van de expositie kunt beschouwen. Hoewel de
foto’s zo’n 80 jaar geleden zijn genomen, laat het verhaal achter de foto’s zien
dat sommige gewoonten en gedragingen nog springlevend zijn. Zoals de kracht van
het vertelde verhaal: de orale traditie in Liberia is sterk en al snel wordt
een goed verteld verhaal als waar aangenomen. Dokters worden ook nu nog steeds
niet vertrouwd, zoals de ebola-crisis laat zien. Een man bekogelde deze week ambulancepersoneel,
dat zijn met het ebola virus aangestoken familielid kwam ophalen: de man
geloofde heilig dat zij in het ziekenhuis kansloos was om te overleven. De
opvatting dat dokters en verpleegsters het virus hebben geïmporteerd, in
plaats van het te willen bestrijden, is wijd verbreid.
Wie meer over Julien in Liberia en de aanpak van Andrea wil
lezen kan een kijkje nemen op de website van de Daily
Observer, waar zij deze zomer regelmatig een artikel over Julien
publiceert.
Paul Julien met twee pygmeeënkinderen |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten