zondag 3 november 2013

Een reis dwars door Liberia


De afgelopen twee weken was ik ‘upcountry’, zoals dat zo mooi heeft. Wij organiseerden een driedaagse workshop in Harper, gelegen in het zuidoostelijke puntje van Liberia, praktisch op de grens met Ivoorkust. Er is geen kustweg in Liberia. De route van Monrovia naar Harper, beide liggen aan de Atlantische Oceaan, voert eerst noordoostwaarts, en ver landinwaarts, naar Ganta, om vervolgens zuidoostwaarts af te buigen via Zwedru naar Harper. Het is een tocht van circa 18-20 uur, waar wij drie dagen over deden. Tot Ganta (250 km) over een asfaltweg vol gaten. Maar de volgende 500 km uitsluitend over rode, veelal slecht begaanbare zandwegen, waar je zo eens per 10 minuten een tegenligger ontmoet. 


De route gaat praktisch uitsluitend door dicht bebladerd tropisch regenwoud. Af en toe passeer je een dorp. Het landschap is licht heuvelend, alleen de laatste dag, tussen Zwedru en Harper, wordt het terrein meer geaccidenteerd en ook meer open, zodat er zicht is op meer bergachtig landschap dat de grens met Ivoorkust vormt. Het is de enige begaanbare weg in het zuidoostelijke deel van Liberia. En dat betekent dat  de route tussen Ganta en Harper door een enorm regenwoud leidt dat zich aan weerszijden van de weg honderden kilometers uitstrekt.
Naast ondoordringbaar regenwoud passeer je af en toe een rijstveld, enkele rubberplantages en een gebied waar ijzererts wordt gewonnen. De tocht voert door zeven provincies (counties). Bij elke provinciegrens is een ‘roadblock’: een slap touwtje hangt over de weg. Een ambtenaar van het ministerie van Immigratie laat het vieren en trekt het weer omhoog. Bij één grenspost keer vroeg hij mij, de enige witte in de auto, om mijn paspoort, maar dat had ik niet bij me. Ik ging de landsgrens toch niet over? Met lichte tegenzin liet hij het touwtje zakken.


Wilde beesten zie je niet. Een enkele roofvogel zweeft over de bomen, maar slangen, olifanten of neushoorns houden zich schuil in het onmetelijke woud waar ze ruimte genoeg hebben. Evenals krokodillen die de talrijke rivieren bevolken die de route kruisen, op weg naar de Atlantische Oceaan. De enige beesten die je ziet zijn geiten, varkens en kippen die in en rond de dorpjes rondscharrelen, totdat ze in de pan belanden.
De dorpen bestaan uit huisjes en hutten. Elk dorp van enige omvang heeft een schooltje waar kinderen in uniformen op basale wijze leren lezen, schrijven en rekenen. Veel dorpen hebben openbare toiletten, aangeleverd door een of andere hulporganisatie, maar de meeste dorpsbewoners doen hun behoefte in de vrije natuur, evenals overigens de passanten. Soms is er een winkeltje waar de voorzienigheid voor sterke drank heeft gezorgd.

Zwarte magie in Zwedru

Soms zie je een opmerkelijk product van menselijke activiteit. Zo passeren wij in Tapeta het modernste ziekenhuis van het land, dat, van buitenaf gezien, in geen enkel ander land zou misstaan. Presidenten hebben ook hun stempel gedrukt op de plek waar ze vandaan komen. Zwedru is de meest verzorgde stad die we aandoen. Er zijn stoepen, een pleintje en de winkels en markstalletjes staan geordend langs de straat. Het is de hoofdplaats van de regio waar Samuel Doe vandaan komt, de jonge sergeant-majoor die in 1980 met een handvol collega’s de macht greep. President Tolbert en de meeste ministers werden vermoord. Doe vestigde een militaire dictatuur, werd in 1986 bij nep-verkiezingen tot president gekozen, maar zou in 1990 op zijn beurt in het zwaard vallen. In de tien jaar van zijn bewind sluisde hij veel geld naar Zwedru en benoemde stamgenoten op hoge posities. Hij liet een enorm groot, modern landhuis bouwen van ruw baksteen. 
Het onvoltooide landhuis van Samuel Doe in Zwedru
Het is nooit voltooid en ligt als een moderne ruïne in een verwilderde tuin. Ondergronds zouden drie verdiepingen liggen: een spookachtig labyrint. Veel Liberianen zijn bang voor het gebouw, waar zwarte magie zou heersen. Toen ik de verlaten tuin in liep om wat foto’s te maken, ging die gelukkig aan mij voorbij.
Harper, de eindbestemming van onze expeditie, is de stad van de Americo-Liberiaanse Tubmans, ooit een van de machtigste families van het land. William Tubman was president van 1944 tot zijn dood in 1971; hij werd zeven keer tot president herkozen en regeerde het land als een vorst. Zijn geboortestad Harper deelde in de voorspoed die Tubman tijdens zijn lange regeerperiode genereerde, die overigens vooral de Americo-Liberiaanse elite ten goede kwam. Het stadje stond bekend als het ‘Las Palmas’ van Liberia met hotels, chique huizen, geasfalteerde wegen, een elektriciteitsnet, goede scholen en een universiteit. Maar ook Harper moest tijdens de burgeroorlog een zware tol betalen en ligt er nu ontluisterd bij. De vergane glorie is nog goed zichtbaar en is onlangs nog op schrijnende wijze vastgelegd door de Nederlandse fotograaf/kunstenaar Martin Waalboer in het video/(E-)fotoboek ‘A Dream Called Harper’.

Vergane glorie in Harper

De burgemeester keek toe

In Harper organiseerde NDI een driedaagse workshop, speciaal voor de uit deze regio afkomstige Civil Society Organiation SEWODA. SEWODA, wat staat voor Southeastern Women Development Association, is een van de drie coalities van belangengroepen waar NDI nauw mee samenwerkt teneinde de kwaliteit van hun werk te verhogen. En dan met name hun activiteiten in de richting van het parlement. De sociale noden in Liberia zijn zo groot, en de inspanningen van het parlement om hier verbetering in aan te brengen zo bescheiden, dat versterking van de civil society alom als een belangrijke voorwaarde wordt gezien voor beter bestuur. En dus werkten de vijftig kaderleden van SEWODA een pittig programma door, waarin de functies en werkwijze van het Liberiaanse parlement, theorie en praktijk van lobbyen en actievoeren, mediastrategieën enz. uitgebreid werden besproken en in kleine groepjes uitgeprobeerd. De workshop vond plaats in een grote zaal van het stadhuis. 

De burgemeester van Harper (2de van rechts)
De (vrouwelijke) burgemeester van Harper was zo aardig de workshop met een kort praatje te openen en was vervolgens de volle drie dagen als toeschouwer aanwezig. Nu is het bekend dat in het sterk gecentraliseerde Liberia dorpen en stadjes nauwelijks een eigen budget hebben, maar dat ze zo weinig te doen had, verbaasde mij wel. Hoewel, ons programma was uiteraard reuze interessant…

Town Hall Meeting

De workshop werd afgesloten met een Town Hall Meeting, waarbij één van de twee senatoren van de provincie Maryland, waar Harper de hoofdstad van is, bij aanwezig was. Het houden van Town Hall Meetings is een van de weinige middelen die belangengroepen ter beschikking staan in deze uithoek van het land  om met een parlementariër in contact te komen en te beïnvloeden. In het geval van SEWODA betekent dat meer aandacht voor de positie van vrouwen: scholing, voorlichting, gezondheidszorg en actie tegen het veel voorkomende huiselijk geweld. Duidelijk was dat deze Town Hall Meetings sterke verbetering behoeven, want wat ik vreesde, zag ik ook gebeuren. Met een vlotte babbel, kwinkslagen en onweersproken beweringen wist de senator menig applausje binnen te halen. De aanwezigen bleken onvoldoende in staat te zijn om hun punt te maken en met argumenten en feiten de praatjes van de senator te weerleggen. Een goede voorbereiding van zo’n bijeenkomst zal dan ook in de nabije toekomst een van onze speerpunten zijn: wat heeft de parlementariër feitelijk voor initiatieven genomen, hoe heeft hij of zij gestemd, bereid een vraag goed voor, maar probeer ook een reactie op het te verwachten antwoord te hebben, loop niet naar je plaats terug als de vraag is gesteld, maar blijf bij de microfoon staan en meer van dit soort zaken.


De vervallen villa van president Tubman in Harper
Met enkele collega’s werden we voor de lunch uitgenodigd ten huizen van de superintendent, zeg maar de commissaris der koning, van de provincie Maryland, waar Harper de hoofdstad van is. Zij bleek in de verte familie te zijn van William Tubman en leek een krachtig bestuurder te zijn die, naar eigen zeggen, in de korte tijd die ze aan het bewind was, meer voor elkaar had gekregen dan haar voorgangster. De aanleg van wegen, scholen, klinieken en bruggen was nu eindelijk in gang gezet, zo kregen wij te horen tijdens de gebruikelijke Liberiaanse lunch van rijst, stoofvlees en -vis en gebakken banaan.

Losgeraakt achterwiel

De terugreis van Harper naar Monrovia nam geen drie, maar vier dagen in beslag. Op de eerste dag zagen we tot onze verbazing het achterwiel van de four-wheel-drive ons inhalen en in de bush verdwijnen… Bewoners van een naburig dorp kwamen met kapmessen gewapend ons te hulp en vonden na enig zoeken het losgeraakte wiel, de ijzeren plaat waarmee dat wiel aan de as was opgehangen en enkele bouten…  We waren op weg naar Zwedru, dat we gelukkig haalden, ondanks het feit dat het wiel met enkele dolgedraaide bouten was bevestigd. De volgende dag moest de auto worden gerepareerd, wat een dag oponthoud in Zwedru opleverde, maar dat was geen straf. Het Florida Guesthouse bood een goed onderkomen en we konden een wandeling door een buitenwijk van Zwedru maken: verspreid liggende huisjes in velden, zo ver als het oog strekte.


Geen opmerkingen: