maandag 18 augustus 2014

De Ebola-crisis verergert

In mijn vorige blog benadrukte ik de relatie tussen slecht bestuur en de uitbreiding van de Ebola-crisis. De kwaliteit van de gezondheidszorg is slecht in Liberia, en daarvoor is de overheid in de eerste plaats verantwoordelijk. Ze is absoluut niet in staat om een uitbraak van het Ebola-virus te bestrijden. De berichtgeving in Nederland laat nu dagelijks de voorbeelden daarvan zien. Internationale organisaties als de WHO (World Health Organisation) steekt haar kritiek ook niet onder stoelen of banken. Digitale media laten zich niet onbetuigd. Het dieptepunt is wel dat de Liberiaanse regering meent soldaten te moeten inzetten om gebieden te isoleren en radeloze burgers tot de orde te roepen. De redenering hierachter is dat het leger een van de weinige, zo niet het enige, overheidsapparaat is dat enigszins aan te sturen is. Maar wie de kwaliteit van de manschappen enigszins kent, houdt zijn hart vast. De berichten zijn dan ook weinig hoopgevend. Soldaten die bezorgde dorpelingen verdrijven, omdat deze protesteren tegen lijken die al wekenlang op straat liggen. Het rucksichtslos afsluiten van regio’s waardoor een nijpend tekort aan voedsel dreigt te ontstaan.

Oproer in West Point

Daarnaast spelen onwetendheid en argwaan een steeds grotere rol. Verschrikkelijk waren de berichten uit West Point, de grootste slum van Monrovia waar zo’n 70.000 mensen opeengepakt in krotten wonen, zonder water, riolering en elektra. In de wijk was een provisorische kliniek geopend waar mensen die wellicht het Ebola-virus hadden opgelopen, werden geobserveerd. Een woedende menigte heeft de kliniek bestormd, de verplegers en patiënten verjaagd en de inventaris, waaronder matrassen en lakens, geroofd. Er werden, aldus de berichten, leuzen geschreeuwd dat de Ebola een verzinsel is van de regering van president Ellen Johnson-Sirleaf om meer buitenlandse ontwikkelingsgelden te innen. Treurigmakend zijn de verhalen over dorpen die op 3 uur lopen van de weg in het oerwoud liggen en waar tientallen doden zouden liggen of het verhaal van het angstig huilende meisje dat door dorpelingen in de hut bij haar aan Ebola gestorven moeder werd opgesloten, totdat ze zelf overleed.
Openbaar toilet in West Point
De verwachting van de WHO en Artsen Zonder Grenzen, een dag of tien geleden geuit, dat de situatie eerst nog zal verergeren en het tussen de drie en zes maanden zal duren voor de uitbraak onder controle is, lijkt uit te komen. Liberia is er in vergelijking met Guinee en Sierra Leone het slechtste aan toe, zoals uit onderstaande tabel van de WHO blijkt. (Voor de dagelijkse update van de crisis klik hier.) Bij deze cijfers moet nog de kanttekening worden gemaakt dat dit de officieel geregistreerde gevallen zijn.


New (1)
Confirmed
Probable
Suspect
Totals
Guinea

Cases
9
376
133
10
519

Deaths
3
245
133
2
380

Liberia

Cases
116
190
423
173
786

Deaths
58
154
190
69
413

Nigeria

Cases
0
11
0
1
12

Deaths
1
4
0
0
4

Sierra Leone

Cases
27
733
38
39
810

Deaths
14
309
34
5
348

Totals

Cases
152
1310
594
223
2127

Deaths
76
712
357
76
1145

(1) New cases were reported between 1 and 13 August 2014.

Bron: website WHO

Particuliere initiatieven

Er zijn ook hartverwarmende particuliere initiatieven, zoals dat van de Nederlands/Liberiaanse stichting Manneka die al jarenlang ijvert voor schoon drinkwater met het plaatsen van waterpompen en het scholen van de plaatselijke bevolking hoe deze goed te gebruiken. Manneka richt zich nu op het verspreiden van zoveel mogelijk emmers met gebleekt water, waar de handen mee gewassen moeten worden. Voor 5 euro doneer een je een emmer: klik hier voor het Nederlandse bankrekeningnummer.

                             

Op de sociale media, met name Facebook, zijn nog veel meer initiatieven te vinden, zoals de Ebola Sensitization Volunteers  of de pagina van Jacq Turel, die in Liberia bibliotheken opbouwt in openbare lagere scholen en nu, tijdelijk vanuit Nederland, steun organiseert om dat werk met meer menskracht, motivatie en middelen voort te zetten. Want evenals de slechte gezondheidzorg is het slechte onderwijs een van de wegbereiders van de Ebola-uitbraak.

(Ik schrijf dit blog nu –tijdelijk- vanuit Nederland. NDI, de organisatie waarvoor ik werk, heeft begin augustus moeten besluiten het programma op een laag pitje te zetten. De meeste activiteiten die wij voor augustus en september aan het voorbereiden waren, moesten worden geschrapt. Workshops met deelnemers vanuit het hele landen kunnen op dit moment niet worden gegeven. Bijeenkomsten met parlementariërs vinden evenmin doorgang, omdat het parlement i.v.m. de Ebola-crisis is gesloten.)

zaterdag 2 augustus 2014

Ebola teistert zwak en corrupt Liberia



In korte tijd worden we opgeschrikt door een vliegtuigramp in de Oekraïne, een systematische uitroeiing van onschuldige burgers in Gaza en een oprukkend, dodelijk virus in West-Afrika. De vreselijke gebeurtenissen in de  Oekraïne en Gaza zijn mensenwerk. De een wellicht bij vergissing, de ander berekenend en meedogenloos. Maar het dodelijke Ebola virus in West-Afrika? De bron daarvan is een aap of vleermuis uit een Afrikaans oerwoud die een mens besmet, waarschijnlijk meestal door gegeten te worden. Het virus werkt razendsnel. Tijdens de incubatietijd (tussen de 3 en 21 dagen) krijgt de patiënt verschijnselen die aan griep, of –wat vaker in West Afrika voorkomt- malaria of buiktyfus, doen denken. Daarna tast de combinatie van hoge koorts, bloedingen, uitdroging en ontstekingen vitale delen aan met een snelle dood als gevolg. Het virus wordt via  direct lichamelijk contact door zieken en doden overgedragen aan mensen die hen verzorgen 
Het virus werd het eerst als zodanig herkend in 1976 bij een uitbraak in het stroomgebied van de Ebola-rivier in het toenmalige Zaïre, de huidige Democratische Republiek Congo. Daarna zijn er uitbraken geweest in DR Congo (1995), Congo Brazzaville (2005), DR Congo en Uganda (2007). In totaal eisten deze uitbraken 1200 slachtoffers.  Tot het in maart 2014 in het grensgebied van Guinee en Liberia weer opdook met slachtoffers aan beide kanten. En nu is het virus dus in verhevigde mate terug; naast Guinee en Liberia  ook in het naburige Sierra Leone. Ebola heeft inmiddels in korte tijd meer dan 700 doden veroorzaakt. 


Bioterrorisme en ontbossing

Hoe is het mogelijk dat het virus na die lente-uitbraak weer terug kwam? En waarom is er nog steeds geen medicijn tegen de Ebola ontwikkeld? In 2010 kregen Amerikaanse wetenschappers toestemming om een door hen ontwikkeld medicijn, waarmee succesvol op apen was geëxperimenteerd, toe te passen op een kleine groep mensen. Daarbij waarschuwden ze niet te vroeg te juichen: de ontwikkeling van het vaccin kon nog jaren duren, aldus de website scientas.nl. Onlangs doken er opnieuw berichten op over de voortgang van de onderzoeken, waarbij opnieuw de verwachtingen werden getemperd. Ontwikkeling van  nieuwe medicijnen is ook een geldkwestie. Omdat het virus alleen in het straatarme Afrika voorkwam, zal het onderzoek een niet al te hoge prioriteit hebben gehad. Maar twee factoren brengen daar verandering in. Allereerst is er de angst voor bioterrorisme: verspreiding van het virus als wapen in handen van terroristen, waarbij dan al snel naar  groepen als de Boko Haram wordt gewezen. Daarnaast kent de Global Village zoveel mobiliteit dat een virus moeilijk lokaal in bedwang is te houden. Het is dus ook in het belang van de rijke landen om de Ebola met medicijnen te kunnen indammen.
Kan de verspreiding van het virus dan toch ook mensenwerk zijn, anders dan besmetting? Vanuit wetenschappelijke milieuhoek wordt gewezen op de relatie tussen klimaatverandering, ontbossing en verspreiding van het virus. Zo constateert een rapport van de  Wildlife Conservation Society (WCS) al in 2008 dat er een verband bestaat tussen de ongebruikelijk hevige perioden van droogten en regenval en de uitbraak van Ebola. Anderen wijzen op de relatie tussen ontbossing, die op grote schaal in Midden-Afrika plaatsvindt, waardoor mensen dieper in oerwouden komen en omgekeerd de habitat van bijv. apen wordt verkleind waardoor er veel meer contact tussen mens en dier ontstaat.

Ebola virus
Zwak, corrupt en onmachtig bestuur

Ander onderzoek naar de  uitbraken  van Ebola (in Uganda en Congo) wijst uit dat het aantal besmettingen, het percentage doden en de duur van de uitbraak samenhangt met het ‘sociale en politieke klimaat’. Hoe alerter, krachtiger en tijdiger het overheidsoptreden is, des te minder schade richt het Ebola virus aan.
En dus is het geen wonder dat in landen met een zwakke en corrupte overheid, zoals Liberia, Guinee en Sierra Leone, het virus voortwoekert. Naast het politieke en sociale klimaat, spelen ook cultuur en religie een belangrijke rol. Talrijk zijn de berichten in de Liberiaanse kranten dat gezondheidswerkers niet worden vertrouwd, dat zieken het ziekenhuis proberen te ontvluchten, dat families patiënten verbergen enz. Enerzijds is dat wantrouwen begrijpelijk: de Ebola kent immers meestal een dodelijke afloop en de gezondheidszorg is van een slechte kwaliteit. Anderzijds kunnen mensen moeilijk afscheid nemen van rituelen als de lijkwassing en het zelf begraven en is er wantrouwen bij een deel van de bevolking tegen ‘westerse’ geneeskunde.

Straat in het centrum van een regenachtig Monrovia
Diploma-uitreiking

De in het buitenland bijzonder populaire Liberiaanse president Ellen Johnson-Sirleaf heeft de afgelopen week in twee toespraken forse taal gebezigd en een aantal maatregelen afgekondigd om de Ebola aan te pakken. Scholen gaan dicht, overheidspersoneel krijgt 30 dagen betaald verlof, er worden task forces gevormd, een nationaal plan van aanpak is in de maak, markten en grensovergangen zijn gesloten, het wordt verboden om, zoals gebruikelijk, 6  tot 8 mensen in een taxi te proppen en 1 augustus was het grote schoonmaakdag. Alle publieke gebouwen, maar ook veel winkels, restaurants en kantoren waren dicht om van binnen eens goed gereinigd te worden. Sommige maatregelen zijn nuttig, zoals die van de taxi, het virus wordt namelijk alleen overgedragen door fysiek contact met iemand die aan Ebola lijdt. De grote schoonmaak is echter vooral symbolisch, want op  stoelen, bureaus of toetsenborden kan  het virus niet gedijen, al kan  het  op zich geen kwaad daar eens flink de bezem door te halen. Vooral door de regeringsgebouwen dan, zo menen sommige critici. Een van hen is Benoni Urey, directeur en grootaandeelhouder van LoneStar, de grootste mobiele telefoonmaatschappij  van Liberia, kompaan van Charles Taylor, rijkste man van Liberia volgens de Economist, opgezadeld met een reisverbod van de VN, prijkend op de lange lijst van Liberianen die volgens de Waarheidscommissie dertig jaar lang geen politieke functie mogen uitoefenen en…. presidentskandidaat in 2017 (in Liberia is dit allemaal tegelijk mogelijk). In de laatste hoedanigheid heeft hij de regering verweten geld te stoppen in de aanschaf van jeeps in plaats van de Ebola aan te pakken en er  slechts één team van grafdelvers op na te houden. In de altijd kritische ‘FrontPage’ wordt de incompetente en corrupte regering verweten jarenlang de gezondheidszorg verwaarloosd te hebben. Ook de president krijgt er van langs. Ze zou in maart de eerste Ebola uitbraak niet serieus hebben genomen. In die periode ging ze op reis te gaan naar Koeweit, Europa en de Verenigde Staten om in dat laatste land  de diploma-uitreiking van een kleinzoon bij te wonen. 


Gebedsdiensten

Maar het moet worden gezegd: dit zijn enkele kritische geluiden in de  verder overwegende eensgezinde media. De meeste kranten roepen op tot het begraven van de politieke en tribale tegenstellingen in de strijd tegen de Ebola, de veel beluisterde radiozenders zenden uur na uur informatieve programma’s uit, en kerken houden gebedsdiensten om goddelijke interventies af te smeken. Staat immers in de bijbel niet geschreven, aldus de initiatiefnemer, ene bisschop Winker van de Dominion Christian Fellowship Center, ‘dat God de regen kan stoppen, dan wel de pest kan zenden. Als de gelovigen nu maar bidden, dan worden de zonden vergeven en het land weer gezond gemaakt.’
Was het maar zo simpel.