Ik ben in mijn blog regelmatig vrij kritisch op de
prestaties van de president van Liberia, Madam Ellen Johnson-Sirleaf. De in het
buitenland zo bewonderde Nobelprijswinnares bakt er weinig van in Liberia, als
je kijkt naar de stagnerende sociale ontwikkeling en de constant op hoog peil
verkerende corruptie. En de immer uitdijende bureaucratie van commissies,
agentschappen en allerhande andere vormen van cliëntelisme, die vrienden en
vriendinnen aan banen (= goed inkomen + auto + secretaresse) helpen, maar waar
je verder weinig van verneemt.
En de vrede dan? Veelal wordt dat als haar grootste
verdienste gezien, naast de kwijtschelding van de schulden aan het buitenland.
Een land, verscheurd door een 13 jaar lang durende burgeroorlog, kiest in 2006
Sirleaf tot president en sindsdien is het oorlogsnieuws uit Liberia uit de
krantenkolommen verdwenen. Maar daarbij moet niet vergeten worden dat de
grootste VN-vredesmacht in Liberia zetelt. Menigeen in Liberia houdt zijn/haar
hart vast als deze in de zomer van 2016 opstapt.
Grondwet gedrocht
Maar het moet worden gezegd: verleden week heeft de
president mij verrast met een aantal stevige –en goede- standpunten over een
aantal voorstellen dat een
staatscommissie voor wijziging van de grondwet heeft gelanceerd.
Allereerst moet worden gezegd dat de grondwet van Liberia
een tamelijk gedrocht is. Dan doel ik niet zozeer op een aantal vreemd en
onlogisch geformuleerde artikelen, maar op twee hoofdzaken. Ten eerste is de grondwet veel te gedetailleerd voor een
grondwet, terwijl er een ingewikkelde wijzigingsprocedure is. Dit maakt dat het
bijzonder moeilijk om op zich simpele dingen te wijzigen. Het leidt er
bovendien toe dat om de haverklap de grondwet als het Hoogste Woord, dan wel
ter discussie wordt gesteld, wat tot onnodig opgeklopte tegenstellingen leidt.
Het tweede punt is dat de grondwet in hoofdlijnen een kopie van de Amerikaanse
grondwet is, wat vrij zot is voor zo’n klein land met 4 miljoen inwoners. De
president heeft alle macht, en het parlement bestaat uit twee ‘kamers’ (Huis en
Senaat), waarvan de leden op basis van een districtenstelsel worden gekozen,
zodat het lokale element te sterk overheerst. Bovendien is de Senaat weinig democratisch
samengesteld. Elk county levert twee senatoren, het dichtbevolkte Montserrado
(1,2 miljoen inwoners) dus evenveel als het dunbevolkte Grand Kru (57.000
inw.). Daar komt nog eens bij dat degene met de meeste stemmen wint, een
meerderheid is niet nodig. Bij de laatste Senaatsverkiezingen, in december
2014, was de opkomst rond de 25%. Van de 15 gekozen senatoren (de helft van het
aantal zetels was vacant, één per county) hadden slecht 4 kandidaten meer dan
50% van de stemmen. Topscorer was oud-voetballer George Weah die in het
dichtbevolkt Montserrado maar liefst 78% haalde. De laagste score, maar wel
winnaar, was Francis Paye van River Cess County, met 22,8%. Uitgaande van een
opkomst van 25% betekent dat dus dat hij de stemmen verzamelde van zo’n 5% van
de stemgerechtigde. Over volksvertegenwoordiging gesproken.
George Weah in zijn jongere jaren. |
Poolse Landdag
De grote makke van het hele proces is dat niet de
fundamentele vraag vooraf is gesteld: wat voor soort grondwet willen we? Wat is
de functie van een grondwet? Is het een document dat helder de kaders vast
stelt waarbinnen gewone wetten zich moeten bewegen, waarbij strikt
geformuleerde mensenrechten en de principes en architectuur van de
democratische rechtstaat leidend zijn? Of is het grabbelton, waar voor elk wat
wils in valt te gooien en uit te halen?
Dat de huidige grondwet, die in 1986 onder het bewind van
couppleger Sergeant Samuel Doe is op- en vastgesteld, aan herziening toe is,
wordt alom gesteund in Liberia. Maar er werd niet gekozen vor een algehele
herziening op grond van een fundamentele discussie over vorm en functie.
Een paar jaar geleden ging een zeskoppige staatscommissie
aan de slag die door het hele land hoorzittingen organiseerde, die vaak op een
Poolse Landdag leken. Uiteindelijk destilleerde de commissie 25
wijzigingsvoorstellen die in een rapport in augustus aan
de president werden gepresenteerd. Het wachten was op een reactie van de
president, die verleden week is gekomen in de vorm van een brief aan het
parlement. De procedure is vervolgens dat Huis en Senaat de voorstellen voor
wijziging formuleren, waarna er een referendum volgt, waarbij een 2/3e
meerderheid nog is om de wijziging(en) er door te krijgen.
De staatscommissie |
Christelijke staat
Tijdens die rondgang door het land werd al duidelijk wat de
heikele punten zouden zijn. Het hoogst in de publiciteit en de discussie
scoorde het pleidooi om in grondwet vast te leggen dat Liberia een christelijke
staat is. De president heeft in haar brief aan het parlement gehakt gemaakt van
dit voorstel. Fijntjes wijst ze er op dat de vrijheid van godsdienst ook in de
grondwet is vastgelegd, evenals de scheiding van kerk en staat én, in dezelfde
bepaling (art. 14) dat Liberia geen staatsgodsdienst zal vestigen. Nu kan dat
allemaal de prullenbak in worden gestemd, maar ze hamerde er ook op dat de
religies in het hedendaagse Liberia onderling geen spanningen kennen, en dat
dit vooral zo moet blijven. (Ongeveer 85% van de bevolking wordt als christen
beschouwd – hoewel natuurgodsdiensten nog een behoorlijke invloed hebben- en
15% hangt de islam aan. Atheïsten worden niet gekend noch geteld.) Trouwens,
ook de Raad van Kerken verwierpen het idee van een christelijke staat. De lobby
voor een christelijke staat is overigens vrij sterk, gevoed door vooral
menskracht en geld vanuit de VS waar de extreem-rechtse christelijke lobby
zijn belangstelling van de VS naar Afrikaanse landen aan het verleggen is om in
ieder geval hier een dam op te werpen tegen de oprukkende, mondiale
goddeloosheid, zoals blijkt uit de toename van landen die het homo-huwelijk
erkennen.
De voorzitter van de staatscommissie Gloria Scott (rechts) overhandigt het rapport aan de president. |
Natuurlijke rijkdommen privaat?
Maar de president heeft meer noten op haar zang. Zo wordt er
ook voorgesteld om het mogelijk te maken dat de natuurlijke rijkdommen (zoals
delfstoffen) privé-bezit worden. Zij verwerpt dit voorstel, omdat de
beschikking van de overheid over deze bronnen in stand moet blijven, en ten
goede moeten komen aan de gehele bevolking. Nu is haar beleid er in praktijk er
op gericht om via langjarige concessies aan buitenlandse bedrijven deze
natuurlijke hulpbronnen uit te verkopen –wat in toenemende mate op kritiek
stuit- maar haar stellingname op dit punt verdient lof.
Voortdurende rassendiscriminatie?
Sirleaf bekritiseert ook de stellingname van de commissie
dat het, tamelijk roemruchte, artikel dat bepaalt dat alleen personen van het
negroïde ras Liberiaans staatsburger kunnen zijn, ongewijzigd moet blijven. De
president stelt dat deze voortdurende rassendiscriminatie in de grondwet
gestopt moet worden en spreekt zich derhalve uit voor schrapping van dit
artikel:
In order to
preserve, foster and maintain the positive Liberian culture, values and
character, only persons who are Negroes or of Negro descent shall qualify by
birth or by naturalization to be citizens of Liberia. (Artikel 27b van de
Liberiaanse grondwet.)
Zij roept de parlementariërs op niet achterom maar vooruit
te kijken, internationale verdragen te respecteren en staatsburgers van andere
landen, ongeacht hun huidskleur, de kans te geven Liberiaan te worden, zoals
Liberianen nu al op hun beurt staatsburger van een ander land kunnen worden.
Negen jaar is te lang
Op andere punten doet de staatscommissie voorstellen die wel
hout snijden en ook op een positief onthaal van de president kunnen rekenen. Zo
wordt voorgesteld de termijn van het presidentschap terug te brengen van 6
naar 4 jaar, evenals de termijn van de representatives.
Die van senatoren, nu maar liefst 9 jaar, moet worden teruggebracht naar 6.
De inspraak heeft ook een paar voorstellen opgeleverd die
door de staatscommissie wel worden vermeld in haar rapport, maar niet
overgenomen. Zoals de, toch vreemde, constructie dat de vice-president voorzitter
van de Senaat is. Dit zou volgens de insprekers geschrapt moeten worden, maar
noch de commissie, noch de president voelt daar wat voor. Hij of zij heeft daar
geen stemrecht, behalve als de stemmen staken en, zo luidt het ultieme argument
van de president: in Amerika doen ze het ook zo. Ook de wil van het inspraakvolk
om een langdurige samenwoon relatie dezelfde rechten te geven als een huwelijk
wordt niet gesteund.
Het Liberiaanse parlement (House of Representatives) in vergadering bijeen. |
Wispelturig parlement
Het parlement zal over de voorstellen discussiëren en stemmen.
Alleen de voorstellen die een 2/3e meerderheid in beide kamers haalt, zullen in
een referendum aan de kiezers worden voorgelegd in één pakket. En dat moet dan
door 2/3e van het aantal kiezers worden aanvaard. Het valt moeilijk
te voorspellen wat het doorgaans wispelturige parlement (Huis én Senaat) zal
doen. Het inkorten van de eigen zittingstermijn is het snijden in eigen vlees,
waar de meeste parlementariërs weinig voor zullen voelen. Volgens kwade tongen
heeft de president de stemmen afgekocht door in de ontwerp-begroting het budget
voor het parlement te verhogen van 22 naar 38 miljoen dollar. Ik heb dat nog
niet kunnen checken, want de ontwerp-begroting is nog niet gepubliceerd. Wordt
dus vervolgd.