zaterdag 18 juni 2022

Verkiezingskoorts neemt toe in Liberia

Ik ben weer terug in Liberia om bij te dragen aan NDI’s programma dat luistert naar de fraaie naam ’Fostering Citizen-Responsive Policies and Legislative Processes’. Oftwel het stimuleren (want dat is het meer dan fostering > koesteren) van een open en productieve relatie tussen parlementariërs en burgers. En dat betekent dat NDI burgergroepen traint hoe ze op een effectieve manier parlementariërs kunnen benaderen en beïnvloeden en begrijpen hoe parlementaire structuren en mores werken. En ‘aan de andere kant’ parlementariërs probeert bij te brengen dat het nuttig voor hen én de democratie is als zij open staan voor deze stemmen van onderop en in hun werk daartoe ook openingen biedt.



NDI heeft het afgelopen jaar al het nodige georganiseerd om burgergroepen en politici bij elkaar te brengen. Mijn inbreng is er deze weken vooral opgericht dat parlementariërs zich een werkwijze gaan eigen maken die ervoor zorgt dat het geluid van de straat ook wordt gehoord – én er iets mee gedaan wordt. Dat kan op vele manieren. Allereerst is het zonneklaar voor iedereen in Liberia wat de grootste, met elkaar samenhangende problemen zijn: de armoe, de slecht functionerende gezondheidszorg, het haperende onderwijs, de werkloosheid, falend economisch beleid waardoor de vele grondstoffen voor een appel en ei door multinationals het land worden uitgevoerd enz. Elke fractie zou haar inspanningen, haar strategie en werkwijze moeten laten leiden door de vastberaden wil om deze problemen aan te pakken. Dat gebeurt nu veel te weinig. De oppositie is er vooral op gebrand de regerende partij pootje te lichten – en andersom.

Verder zouden partijen veel actiever moeten zijn om het parlement ‘opener’ te laten functioneren door middel van publieke hoorzittingen, ‘fact finding missions’ die het land in gaan, tijdig de agenda, voorstellen en besluiten te publiceren enz.  

Nu krijgen veel parlementen in de wereld -vaak terechte- kritiek, ook in Nederland. Maar de aard én oorzaak van de problemen waar Liberia mee te maken heeft verschillen van dag tot nacht met die van bijvoorbeeld Nederland.


Weah onder vuur


Volgend jaar zijn er weer presidents- en parlementsverkiezingen. En deze werpen hun schaduw al ver vooruit. De zittende president George Weah, leider van de Coalition for Democratic Change (CDC), zal ongetwijfeld een tweede termijn willen. Als je op de cijfers afgaat heeft zijn tot nu toe 4,5-jarige regeerperiode weinig vooruitgang gebracht. En niet alleen de cijfers vertellen dat. De situatie op straat, in de sloppenwijken en op de markten laten dat zien. De verklaringen zijn velerlei. Natuurlijk, ook Covid heeft hier gewoed en de internationale gevolgen van de Russofascistische inval in Oekraïne laten zich ook in Liberia gelden. Hoge inflatie en dus hoge prijzen. Dat neemt niet weg dat Weah, die niet bekend staat als een sterk en visionair politicus, de corruptie niet aanpakt, de wonden van de burgeroorlog laat dooretteren en zijn op zich goed ontvangen Pro-Poor Agenda laat versloffen.


George Weah (rechts) op campagne in 2017

Weah richt zich nu vooral op ‘window-dressing’ projecten zoals de aanleg van enkele ’s avonds felverlichte sportparken en het verbreden van een van de weinige, geasfalteerde wegen in het land. Hij omringt zich met ministers en adviseurs die, evenals hijzelf trouwens, regelmatig onder vuur liggen vanwege corruptie en wanbeleid.

Nu heeft Liberia een rijke traditie van forse beschuldigingen die over en weer heenvliegen in het politieke spectrum, daarbij geholpen door een verrassend vrije pers, zonder dat hier ooit enig vervolg aan wordt gegeven. Zo kwam de minister van financiën begin juni onder vuur te liggen, omdat hij $25 miljoen uit het wegenfonds had gehaald om de lonen van ambtenaren te kunnen betalen. Dat daarbij geld in de verkeerde zakken was verdwenen was een van de -tot nu toe- onbewezen beschuldigingen die de ronde deden.


FrontPage Africa, 1 juni 2022

President Weah ligt ook onder vuur. Hanson Kiazolu, de fractievoorzitter van de Unity Party (UP), de grootste oppositiepartij, bekritiseert in een lang interview in FrontPage Africa het wanbeleid van de regering, dat volgens hem niets heeft gedaan tegen de grote armoede waaronder de grote meerderheid van de Liberianen gebukt gaat.

Ex-senator Sando Johnson, een van de trouwe dienaren van dictator/oorlogsmisdadiger Charles Taylor, steunde in 2017 met zijn National Patriotic Party (NPP) in de verkiezingen Weah. De NPP maakt deel uit van de regerende coalitie en partijleider Jewel Howard-Taylor, de ex van Charles, is vicepresident. Nu roept Johnson de kiezers op om van George Weah een One-Term President te maken. Johnson is dan ook verhuisd naar de oppositionele All Liberian Party (ALP), de partij van Benoni Urey, een van de rijkste mensen van Liberia, en ook een bondgenoot van Charles Taylor in de jaren 1990.


Samenwerkende oppositie


Na de overwinning van George Weah en zijn CDC in 2017 sloegen vier oppositiepartijen de handen ineen en vormden een coalitie, de Collaborating Political Parties (CPP). Behalve de hierboven genoemde UP en ALP maakten ook de Liberty Party (LP) en het Alternative National Congress (ANC) deel uit van deze oppositionele coalitie.

Deze CPP had een tijd de wind mee. Bij de tussentijdse senaatsverkiezingen in december 2020 won ze elf van de vijftien zetels die op het spel stonden. Euforie alom bij de oppositie. Vrij zelfverzekerd werd verkondigd dat dit goede resultaat ook zou worden gehaald bij de verkiezingen in 2023. De huid werd al bijna verkocht voordat de beer was geschoten. De beer bleek echter in de CPP te zitten.  Het was nl. niet duidelijk wie de presidentskandidaat van de CPP voor de verkiezingen in 2023 zou worden. Er bleken twee belangstellenden te zijn.

De leider van de UP, verreweg de grootste partij van de CPP, was - en is nog steeds - de 77-jarige Joseph Boakai, die onder de twaalf presidentsjaren van Ellen Johnson-Sirleaf (2006-2018) haar vice-president was. De Amerikaanse politieke veteraan Joe Biden in gedachte, wil Boakai, die in 2017 van Weah in de tweede ronde verloor, in 2023 het nog eens proberen president te worden.


Alexander Cummings

Echter, de leider van het ANC, de 65-jarige Alexander Cummings, heeft dezelfde ambitie. Cummings behaalde in 2017 7,21% van de stemmen. Niet onverdienstelijk voor een nieuwkomer in de Liberiaanse politiek. Cummings had tussen 1997 en 2016 hoge functies in de Afrikaanse tak van Coca-Cola en woonde in die periode in Nigeria. Tijdens de verkiezingscampagne in 2017 voerde hij als enige een zeer inhoudelijke campagne, wat door velen, met name buitenlandse waarnemers, zeer werd gewaardeerd.


Gespleten oppositie


De strijd tussen Boakai en Cummings over wie nu de partijleider -en dus de presidentskandidaat-  zou worden, werd het laatste jaar uitgevochten met over en weer beschuldigingen, al dan niet vervalste CCP-documenten en zelfs twee rechtszaken. De kwestie werd nog gecompliceerder toen de Liberty Party in twee fracties uiteenviel. De ene fractie steunde Cummings en de andere steunde Boakai, die overigens ook door ALP werd -en wordt- gesteund.

De ene rechtszaak spitste zich toe op de kandidaatstelling voor de tussentijdse verkiezing van een Senaatszetel in de provincie Lofa, die op 28 juni a.s. plaatsvindt. Omdat de CCP in twee delen was uiteengevallen werd betwist door de Cummingsgezinden dat de UP met een eigen kandidaat zou kunnen komen. De National Elections Committee, volgens Boakai een door de CDC gecontroleerde club, volgde deze zienswijze. Maar in een rechtszaak die de UP daarna aanspande, werd het oordeel van de NEC vernietigd. De UP kan dus een kandidaat in Lofa leveren, wat overigens een stronghold van Boakai is; hij is daar geboren.

Meteen daarna stopte het openbaar ministerie met de procedure om Cummings te vervolgen, vanwege malversaties die hij zou hebben gepleegd met partijdocumenten. Deze procedure had vijf maanden geduurd, met weinig voortgang, maar bleef wel als een zwaard van Damocles boven zijn hoofd hangen. Ook hierbij werd de CDC ervan beschuldigd op de achtergrond een kwalijke rol te spelen. Het uitschakelen van zowel Boakai als van Cummings zou Weah immers een steun in de rug geven om in 2023 te zegevieren. Cummings had voor zijn verdediging befaamde advocaten ingeschakeld, waaronder Cherie Blair, de vrouw van de Britse ex-premier Sir Tony Blair. Zij beweerde in een pleitnota dat de vervolging van een prominente opponent van Weah een rol speelde in deze zaak.


Cherie Blair


Publiciteitsgevoelig


Cummings voelt zich bevrijd en kon het niet nalaten zijn triomf publiciteitsgevoelig te vieren door een ontmoeting met een oude vriend: de voormalige president van Nigeria Olusegun Obasanjo, die hij tijdens zijn Coca-Cola tijd in Nigeria goed heeft leren kennen. Obasanjo had woorden te kort om Cummings te prijzen als de toekomstige president van Liberia. Hij dichtte hem een grote reputatie in het internationale bedrijfsleven toe. ‘Liberia zal ongetwijfeld profiteren van buitenlandse investeringen, het scheppen van banen en het verhogen van de levensstandaard van de Liberiaanse bevolking’ zo parafraseerde FrontPage Afrika de voormalige Nigeriaanse president over zijn vriend Cummings die hij verzekerde van zijn voortdurende vriendschap en steun.

Ik ben benieuwd welke Afrikaanse staatshoofden Boakai en Weah uit de hoge hoed gaan toveren.


OlusegunObasanjo


1 opmerking:

Harry van Bommel zei

Belangrijk werk in een land dat het goed kan gebruiken. Je verhaal geeft goed inzicht in de politieke verhoudingen daar. Ooit hoop ik ook nog eens zo’n klus voor NDI te mogen doen. Veel succes daar!