In Liberia beginnen de politieke spanningen langzaam weer op
te lopen. Tijdens de Ebola-uitbraak was
er een zekere mate van nationale eenheid om deze onzichtbare vijand terug te
dringen. Nu de Ebola verdwenen lijkt,
steken oude –en nieuwe- tegenstellingen weer de kop op in het toch al stekelige
politieke landschap van Liberia.
De naderende presidentsverkiezingen trekken de meeste
aandacht. Hoewel die nog ver weg lijken
(november 2017) wordt er al fors gespeculeerd over potentiële kanshebbers. De
zittende president Ellen
Johnson-Sirleaf heeft er twee termijnen opzitten en is derhalve niet
verkiesbaar. Maar al zou ze dat wel zijn: een herverkiezing zou er niet in
zitten. Haar populariteit is niet bijster groot, gegeven het feit dat na negen
jaar ‘Mama Ellen’ (2006-2015) het overgrote deel van de Liberianen er
nauwelijks op vooruit is gegaan. Noch in de portemonnee, noch in de bereikbaarheid
en kwaliteit van basisvoorzieningen als onderwijs, gezondheidszorg en
huisvesting.
George Weah |
George Weah: voetbalintelligentie
En dus lopen de kandidaten zich warm, althans in de
krantenkolommen, waar druk gespeculeerd wordt. Zal George Weah, versgekozen
senator en leider van de grootste oppositiepartij, het nu weer proberen – en
slagen? Heeft hij inmiddels voldoende statuur om als staatsman door het leven
te gaan, in plaats van de eeuwige oud-stervoetballer, die zeker
voetbalintelligentie bezat, maar de politieke ontbeert? IJverig turfen kranten
hoe vaak hij in de Senaat verschijnt –en het woord voert. Dat valt bar tegen.
Als hij in Parijs op de tribune zit bij Paris Saint-Germain – Barcelona, en de
TV camera dat wereldwijd registreert, gaat er een golf van verontwaardiging
door krantenkolommen en de –nog vrij schaarse- sociale media. Hij moet de
belangen van zijn kiezers dienen en zich niet onder die corrupte bobo’s mengen,
zo luiden de meeste commentaren. Maar stelt hij zich wel kandidaat? Dat is nog
steeds de vraag. En zal zijn naam weer opduiken in het uiteenspattende
FIFA-schandaal, waarin ook stemmen van Afrikaanse bonden, inclusief de
Liberiaanse, zijn gekocht?
Benoni Urey |
Benoni Urey: LoneStar miljonair
Dat geldt ook voor andere getipte kanshebbers. Zoals Benoni Urey eigenaar van
LoneStar, een van de grootste mobiele telefoon bedrijven van Liberia, witte-boorden
kompaan van Charles Taylor en volgens The
Economist de rijkste man van Liberia. Op hem rust een VN- travel ban. En hij staat op de lijst van Liberianen die volgens de
Liberiaanse Waarheidsvinding Commissie 30 jaar geen publieke functie mogen
bekleden. Maar daar staat de huidige president ook op... Urey maakt er overigs
geen geheim van wel iets in het presidentschap te zien, maar laat volstrekt in
het midden met wie hij zich wil verbinden. In 2011 steunde hij, zonder
pretenties, de partij van Weah, maar nu
ligt dat natuurlijk anders.
Prince Johnson |
Want een soor bondje moet er wel gesloten worden, hetzij met
een politieke partij, of een politicus met een stevige, tribale achterban. De
omstreden Prince Johnson
is zo’n politicus. Deze in de volkrijke provincie Nimba populaire senator zal gezien zij zeer
dubieuze en zeer gewelddadige
oorlogsverleden nooit tot president gekozen kunnen worden, maar hij
loopt wel met zijn kiezers als wisselgeld te leuren om zo zijn positie veilig
te stellen. In 2011 steunde hij Sirleaf, nu gaan er geruchten dat hij onlangs met
George Weah een glaasje palmwijn heeft gedronken om mogelijkheden van
samenwerking te verkennen.
J. Mills Jones |
De hoogste baas van de Centrale Bank, J. Mills Jones, is een
andere naam die regelmatig opduikt. Hij heeft zich populair gemaakt bij veel
arme, piepkleine ondernemers door micro-micro kredieten te verlenen en stelt
zich vooralsnog onpartijdig en los van het politieke gewoel op.
Oude duvel uit een doosje
Maar de stoot tot een golf van nieuwe speculaties is deze
week gegeven door de bedaarde 71-jarige VP (vice-president) van Liberia: Joseph Boakai. Deze VP
kwam als een duveltje uit het doosje te voorschijn: hij nam een petitie van
‘zijn mensen’ uit Lofa County in
ontvangst, waarin zij hem opriepen zich kandidaat te stellen. En ziet: hij was
bereid. Het was uiteraard een voorgekookt toneelstukje, maar het hakte er wel
in.
Joseph Boakai |
De kranten staan vol met verhalen over deze slippendrager van de president,
want zo wordt een VP in Liberia beschouwd. Hij heeft ook weinig keus: in het
naar de VS gemodelleerde systeem is de president oppermachtig, zeker als het
parlement voor het meerendeel uit slechtwillende amateurs bestaat. Boakai is
sinds 2006 VP, en is van dezelfde partij als Sirleaf: de Unity Party. En daarin
schuilen zijn beide achilleshielen. Zijn jarenlange verbintenis met Sirelaf en
met haar partij worden hem door al zijn belagers stevig ingepeperd. Het is meer
van hetzelfde en oude wijn in, deze keer ook oude zakken. Een enkele commentator
weet er nog een aardige draai aan te geven door te verwijzen naar de recente
geschiedenis. Toen in 1971 de langstzittende president van Liberia (27 jaar!), William Tubman, overleed
werd hij opgevolgd door zijn VP William Tolbert,
die maar liefst 19 jaar zijn nietszeggende schaduw was geweest. En ziet:
Tolbert wierp alle schroom van zich af en zou zich, volgens velen, ontplooien
tot de meest progressieve president die Liberia ooit heeft gehad. Waarom zou
zich dat niet kunnen herhalen?
Masculien geweld
Leymah Gbowee |
Gbowee, die nog steeds zeer actief in het vredeswerk is,
bekritiseert in toenemende mate het slappe beleid van Sirleaf, vooral op het
gebied van corruptiebestrijding. Zij wordt gezien als een sterke running mate die, als George Weah haar
op zijn ticket weet te krijgen, met
hem een moeilijk te verslaan duo vormt. Maar ze lijkt me niet het type om als VP
een zwijgend bestaan te gaan leiden. Liberia is in vele opzichten hard toe aan
politieke vernieuwing. Zolang men nog, helaas, vasthoudt aan een sterke
president (in plaats van een sterk parlement) lijkt een
duo-presidentschap-met-taakverdeling me de beste optie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten