maandag 11 februari 2013

Senator Whitfield in het harnas gestorven


Het was wederom een bijzondere week in politiek Liberia. Drie weken geleden overleed senator John Whitfield. Zijn leeftijd werd nergens genoemd, maar ik schat hem zo rond de 50 jaar oud.   Hij stierf in het harnas: in het parlementsgebouw werd hij op een vergaderdag getroffen door een hartaanval of een beroerte (de berichten hierover geven geven geen duidelijkheid) en overleed na enkele uren.  In Nederland wordt een overledene binnen een dag of vier begraven maar in Liberia gelden andere regels, omstandigheden en gewoonten. De wegen zijn slecht en het spoor ligt er sinds de burgeroorlog werkloos bij dus als de familie van ver moet komen, kan dat wel een paar dagen duren. Het begrafenisritueel duurt traditioneel veel langer met ween- en eetpartijen.  En in het geval van Whitfield betrof het een ‘notabele’ die zijn partij vertegenwoordigt en de provincie die hem gekozen heeft in de Senaat: Grand Bassa County. En dat betekent dat er op drie plekken gerouwd moet worden. In het partijkantoor, in het parlement en thuis, in Buchanan, de hoofdstad van Grand Bassa. Er zijn ook nog belangen in het spel. Hoe langer de dode boven de grond is hoe meer de begrafenisondernemer verdient, hoe langer de nabestaanden  voor eten en drinken moeten zorgen voor familie, vrienden, dorps- en stamgenoten en hoe meer de omzet stijgt van de plaatselijke middenstand en horecaondernemers. Kortom, als iemand overlijdt ontstaat er een veelzijdige dynamiek die er toe leidt dat het wel drie tot vier weken kan duren eer het stoffelijke overschot zijn eeuwige rust krijgt.

Senator John Whitfield
Politicus van het jaar

Senator Whitfield was een bijzondere parlementariër. Ik kende hem vrij goed, want hij was een van de sprekers op het eerste policy seminar dat ik hier in mei verleden jaar organiseerde over de decentralisatiepolitiek van de regering. In de voorbereiding -en ook daarna in het parlementsgebouw  of de supermarkt- spraken we elkaar af en toe.  Hij had een onverschrokken uitstraling,  vatte het werk als senator serieus op, las dus de stukken, was een uitstekend spreker maar ook een oplettende luisteraar, onderhield goede contacten met zijn kiezers en de pers en had duidelijke opvattingen.  Niet voor niets was hij door de parlementaire pers in 2012 gekozen tot de politicus van het jaar, hoewel dat pas zijn eerste jaar als parlementariër was.
Whitfield was lid van de National Patriotic Party (NPP), de partij van ex-president Charles Taylor, die in Den Haag vast zit en zijn definitieve veroordeling door het Sierra Leone Tribunaal afwacht. In april 2012 is hij tot 50 jaar veroordeeld, hij is daar tegen in beroep gegaan, dat onlangs diende en het wachten is nu op de definitieve veroordeling. Charles Taylor heeft de afgelopen weken weer veel stof doen opwaaien in Liberia. Deze keer omdat hij een brief naar de regering heeft gestuurd waarin hij claimt recht te hebben op achterstallig pensioen als ex-president. Dat pensioen bedraagt $25.000 per jaar, Taylor werd in 2003 gedwongen door de internationale gemeenschap om naar Ghana te vluchten, alwaar hij naar enige omzwervingen werd gearresteerd en uitgeleverd aan het Haagse tribunaal. Hij meent dus nu recht te hebben op negen keer het jaarlijkse pensioen, oftewel ruim $230.000. De regering heeft zijn claim ter beoordeling voorgelegd aan het parlement en vooralsnog geen duidelijk standpunt ingenomen. Toen de brief van Taylor openbaar werd, bleek opnieuw dat zijn talent als splijtzwam te fungeren nog springlevend is. In kranten, op de vele radiostations en in het parlement lijken de voor- en tegenstanders elkaar in evenwicht te houden. De tegenstanders wijzen op het wetsartikel dat het presidentiële pensioenen regelt, waarin duidelijk staat dat alleen bij een eerzaam tussentijds vertrek de president recht op de uitkering heeft. En dat bij Taylor niet is vol te houden dat hij op eerzame wijze zijn hielen heeft gelicht. Voorstanders daarentegen benadrukken, net als Taylor in zijn brief,  dat hij volstrekt vrijwillig is opgestapt, om zo uit grote vaderlandsliefde een verzoenend gebaar te maken.
In de week voor zijn dood kwam Whitfield in de Senaat geharnast op voor het pensioen van zijn voormalige politieke chef. Zijn redenering was formeel: Taylor was uit vrije wil opgestapt als president, de wetgeving kent dan een pensioen toe en het proces in Den Haag was niet gericht op misdaden die Taylor eventueel in Liberia had begaan, maar in Sierra Leone. Dat laatste is waar, maar dat is dan ook tegelijkertijd de reden voor de grote onvrede die velen in Liberia hebben met het Haagse Tribunaal.
Sommigen beweren dat Whitfield zich emotioneel zo aan deze zaak had vastgeklampt, dat dit wellicht zijn plotselinge dood heeft veroorzaakt, dan wel bespoedigd. Whitfield was overigens ook secretaris-generaal van de NPP, en ook in de tijd dat Taylor er nog de scepter zwaaide behoorde hij tot de partijtop. Tot nu toe hebben Huis noch Senaat een uitspraak hier over gedaan. De hete aardappel wordt doorgeschoven, al schreef ‘The Indepedent’ afgelopen vrijdag dat er in ‘the corridors of the government’ gewerkt wordt aan een vergelijk met de advocaten van Taylor.

Charles Taylor 

Tumult tijdens de herdenkingsbijeenkomst

De rituelen rondom de begrafenis en de reacties die de dood van Whitfield opriepen, zeggen veel over de politieke cultuur in Liberia. De president, Ellen Sirleaf Johnson, noemde in haar jaarlijkse toespraak in het parlement, vlak na de dood van Whitfield, hem niet expliciet, wat haar op veel kritiek kwam te staan. Andere partijen spraken vol lof over Whitfield in hun commentaren. In het parlementsgebouw werd een herdenkingsbijeenkomst gehouden, met de kist en de familie, waarbij de vice-president, en vele ministers en parlementsleden aanwezig waren. De kist werd in een optocht door Monrovia gedragen in een lange stoet van partijgangers, die allen een t-shirt droegen met het karakteristieke hoofd van Whitfield erop. De vermenging van partij, staat en privé is zeer opvallend. Als in Nederland een (zittend) senator overlijdt, en dat heb ik enkele keren meegemaakt, dan wordt daar uiteraard via een toespraak van de voorzitter bij de eerstvolgende vergadering uitgebreid bij stilgestaan, maar daar blijft het bij. Zo niet in Liberia. Onderdeel van die cultuur is het ‘over de dode niets dan goed’. Ook als het een dode betreft die lid was van een partij die de politieke nalatenschap van Charles Taylor beheert.
De vermenging van politiek en privé kwam scherp tot uiting in een pijnlijk incident tijdens de herdenkingsbijeenkomst in het parlementsgebouw. Na enkele toespraken kondigde de ceremoniemeester aan dat de ca. tweehonderd aanwezigen zich op konden maken om langs de baar te lopen en een laatste blik op Whitfield te werpen. Terwijl aanstalten werd gemaakt om de deksel van de kist te lichten, stormde de weduwe van Whitfield het podium op om dit te voorkomen (‘in back slippers and taken on the bearing of a supermodel’ volgens het dagblad The Analyst). Zij riep uit dat dit volgens traditie alleen zou gebeuren vlak voor de daadwerkelijke begrafenis die twee dagen later in Buchanan zou plaatsvinden. Er ontstond  tumult, waarbij allerlei mensen zich ermee begonnen te bemoeien, teneinde de weduwe –tevergeefs-  ervan te overtuigen dat de macabere peepshow toch moest plaatsvinden.